Duurzaamheid en prijsdruk bepalend in mobiliteitsbranche

25 oktober 2017 16:12

Hoe groot is de macht van leasemaatschappijen? Is elektrisch rijden de toekomst of wordt het toch een hybride vorm met waterstof als basis? Is Flevoland extra kansrijk als het gaat om de invulling van mobiliteitsvraagstukken? En hoe geven bedrijven in de automotivebranche invulling aan de voortdurende roep om nieuwe ontwikkelingen, zowel van de kant van de consument als van de overheid (regelgeving). Mobiliteit is een hot item en dat leidt haast vanzelfsprekend tot een zeer inspirerend tafelgesprek …

Het pand van SVALA Auto in Almere is de locatie voor een tafelgesprek over de actuele ontwikkelingen in de mobiliteitsbranche. Appeltaart wordt uitgedeeld en er is koffie volop. De gespreksdeelnemers hebben er zin in. Kortom, de ingrediënten voor een mooi gesprek op de dinsdagochtend zijn volop aanwezig. Van Tesla tot elektrische fietsen en Lelystad Airport …

Pats. Boem. Meteen gaat het gesprek over duurzaamheid en de meningen zijn duidelijk. Elektrisch rijden in de huidige vorm is niet echt de oplossing voor de toekomst. Een 
groot probleem is bijvoorbeeld de actieradius van de auto’s, die nog heel beperkt is.

“Leasemaatschappijen hebben grote invloed op de automarkt”

“We denken nog aan accu’s en we denken nog aan laadpalen, maar we zullen veel meer moeten denken aan andere manieren van stroomopslag. Er zijn heel veel mogelijkheden, maar ik denk dat we ons nu blij maken met een dooie mus omdat het eigenlijk nog niet kan, maar dat we er wel mee bezig zijn gegaan. Daardoor gaan we honderden kilo’s accu’s in auto’s persen om dat ding maar naar vijf- of zeshonderd kilometer te krijgen”, zegt gastheer Ivo Simons van SVALA Auto. 
“Maar auto’s zijn er eigenlijk niet voor gemaakt. Het probleem met waterstof is 
dat het (nog) niet veilig genoeg is.”

Hybride met waterstof

Rob Bouwheer van Bouwheer Zeewolde BV is het met hem eens: “Mijn overtuiging is dat we toe zullen gaan naar een hybride vorm met waterstof als basis. Het is een kwestie van tijd en geld wanneer dat uitgerold gaat worden. Ik ben heel nieuwsgierig hoe dat zal gaan.” Esther Graver van Essen van autobedrijf Jedi: “Ik weet niet of ik blij moet worden van elektrische auto’s. Ik zit daar heel dubbel in. Je hebt bijvoorbeeld een veel grotere schadepost als er iets gebeurt. Dus de vraag is wat de verzekeraars daar op termijn mee gaan doen. Als je een ongeluk krijgt, hoe kom je er dan zelf uit met al die elektriciteit? Ik rij zelf elektrisch, maar dat zijn wel dingen die mij bezighouden. En net als veel anderen vraag ik me af hoe milieuvriendelijk het is als we op hele grote schaal al die accu’s gaan produceren.”

Dat de automotivesector geconfronteerd wordt met grote veranderingen onderstrepen alle gespreksdeelnemers. Na 2025 spelen fossiele brandstoffen nog steeds een rol, zo is de verwachting, maar meer dan nu het geval is in hybride-vormen. Dat koeriersdiensten bijvoorbeeld steeds meer elektrisch rijden, vindt iedereen een goed voorbeeld waar elektrisch rijden een positief effect kan hebben. Ze zorgen immers voor aanzienlijk minder CO₂-uitstoot dan oude dieselbusjes.

Uit de box denken

“Misschien moet je nog wel verder uit de box denken”, zegt Ivo Simons als hij het heeft over carpooling en carsharing. “Dan is er op het gebied van elektrisch rijden misschien wel meer mogelijk. Krijgen we allemaal onze eigen laadpaal, of misschien krijg je een kaart - die geladen is - die je in de auto stopt en rij je met een andere auto verder naar je bestemming als de accu leeg is. Je ziet ook dat alternatieven als Green Wheels zeker in een behoefte voorzien. Stel je voor hoe het er uit gaat zien als elke auto een laadpaal moet hebben. Ook bij flatgebouwen. Ik zie dat niet gebeuren.”

Autobezit of delen? De discussie leidt niet tot een eensluidend standpunt, maar er ontstaan wel overal alternatieven voor bijvoorbeeld 
het rijden in de grote steden. “Ik zag het 
eerst ook niet zitten, maar we hebben onlangs een keer de auto aan de rand van de stad geparkeerd en zijn toen met de bus verder gegaan. En ik moet zeggen het is ideaal. 
Je bent van het zoeken naar een parkeerplek en de hoge parkeerkosten af. Ik was verbaasd over het gemak”, zegt Rob Bouwheer.

“Ik moet eerlijk zeggen dat ik liever een tijdlang op zoek ga naar een parkeerplaats 
dan dat ik het openbaar vervoer neem. 
Dat zal niet gauw veranderen”, maakt 
Esther Graver-van Essen duidelijk.

Speciaal opgeleide mensen

“Wij spelen ook in op duurzaamheidseisen. 
De autobanden hebben labels en de 
mensen vragen toch echt naar stillere of energiezuinige banden. Dat merk je wel”, vertelt Gerard Bon van Profile Car & Tyre Centre. “En in de dagelijkse bedrijfsvoering, zoals bij het onderhoud moet je voldoen aan alle milieueisen. Dat neemt wel steeds meer toe. Toch ben ik benieuwd hoe alle ontwikkelingen uit zullen pakken voor bijvoorbeeld het onderhoud van auto’s.

Ik denk dat het minder zal worden, maar je moet wel speciaal opgeleide mensen hebben om aan die auto’s te kunnen werken.” 
Die opleidingsmogelijkheden zijn er 
inmiddels voldoende, zo wordt gesteld.

Opleiden is sowieso een belangrijk item in de mobiliteitsbranche. Er worden steeds meer eisen gesteld aan de monteurs, zeker als ze moeten uitlezen en diagnosticeren. Bij de ondernemers aan tafel heeft niemand grote moeite om goed gekwalificeerd personeel te vinden, maar van collega’s in de branche kent iedereen ook andere verhalen. “Er is behoefte aan goed geschoolde technische mensen”, stelt Rob Bouwheer. “Gelukkig hebben wij weinig verloop.” “Het is de kunst om juist die goed geschoolde jongens te houden”, zegt Ivo Simons. “Dat betekent dat we constant aandacht hebben voor opleiden en bijscholen. En dan nog hoop je dat ze met hun kennis niet naar een ander bedrijf gaan.”

Ook SCALA Flevoland ziet een groeiende vraag naar goed opgeleid technisch personeel. Piet Mathôt: “De instroom van jongeren blijft ver achter bij de vraag. We lossen dat steeds vaker op door jonge jongens een korte basiscursus aan te bieden en ze daarna op de werkvloer verder op te leiden tot autotechnicus Het is voor een ROC bovendien steeds moeilijker om up-to-date apparatuur in huis te hebben. Wij zeggen: dat hoeft ook niet meer, zorg dat ze dat in de praktijk bij de bedrijven leren en zorg op school voor de juiste (theoretische) ondersteuning. Net als bij andere beroepen in de installatietechniek of zelfs vliegtuigmonteurs zien we een duidelijke verschuiving naar digitale besturingstechniek. We moeten dus minder mechanisch en veel meer een combi opleiden van ICT en elektronica. Samen met het bedrijf TecTal is het mogelijke technisch personeel op te leiden en via een detacheringsconstructie uit te lenen aan de werkgevers die een (tijdelijk) tekort hebben aan technisch personeel.”

Balletje gaat rollen

Bij Profile Tyre Centre komen veel nieuwe medewerkers binnen via een uitzendbureau. Gerard Bon: “Dan gaan we kijken hoe goed ze zijn en of ze in ons team passen. Als dat het geval is, bieden we regelmatig een vaste baan aan. We hebben momenteel nauwelijks verloop van mensen in Almere, maar in Zeewolde gaat het nu even wat moeizamer. Je merkt dat als één iemand vertrekt, het balletje gaat rollen.” Ook anderen merken dat als zo’n spiraal eenmaal in gang is gezet, dat moeilijk te stoppen is. Rob Bouwheer vertelt dat iemand die was vertrokken, na zes weken alweer op zijn schreden terugkeerde en vertelde dat het een verkeerd besluit was geweest om weg te gaan. “Bij hoge uitzondering hebben we hem weer in dienst genomen. Het effect was juist heel goed, omdat hij ook tegen zijn collega’s alleen maar positief was over ons bedrijf.”

De gespreksdeelnemers is het een doorn in het oog dat zij moeten voldoen aan de strengste milieunormen en keer op keer audits krijgen, terwijl diverse andere kleinere bedrijfjes niet aan dergelijke controles worden onderworpen. “Het heeft geen zin dat wij het allemaal netjes doen, terwijl een ander het door de gootsteen gooit”, zo wordt gesteld. Esther Graver-van Essen vult aan: “Ik ben voorstander van een openbaar register waarin staat welke bedrijven wanneer gecontroleerd zijn en wat de afkeurpunten zijn geweest.”

Nieuwe testmethode

De verwachting is dat de nieuwe testmethode, waarbij auto’s voortaan op de weg worden getest op hun CO₂-uitstoot voor de nodige uitdagingen gaat zorgen in de auto-industrie. “Leasemaatschappijen zullen vast blijven houden aan een maximale uitstoot van 109 mg CO₂ en dat zal moeilijk worden. Alle auto’s zullen daaraan moeten voldoen”, stelt Ivo Simons. De verwachting is dat het nog meer voordelen oplevert voor kleine auto’s en dat nadrukkelijk wordt gekeken naar auto’s die elektrisch rijden.

“Het zou goed zijn als tien jaar lang de wettelijke regels hetzelfde zouden blijven”, stelt Rob Bouwheer. “Daar kan iedereen dan z’n plannen op loslaten. Producenten en ook wij als bedrijven blijven aan de gang met veranderende regelgeving. En dat moeten we steeds weer uit kunnen leggen aan onze klanten. Het wordt nu allemaal te politiek gestuurd.”

Grote invloed

Leasemaatschappijen hebben een grote invloed op de automarkt in Nederland en zorgen voor prijsdruk. Dat geeft veel zorgen. Voor merken als Mercedes en Volvo geldt dat 85-90 procent van de modellen als leaseauto wordt afgenomen. Maar ook de eisen van retail spreken een woordje mee als het gaat om het goederenvervoer, zo blijkt uit de discussie. 
Ze eisen van hun leveranciers dat een bepaald percentage van hun wagenpark duurzaam is. Voldoe je als logistieke dienstverlener niet aan, dan kun je het schudden.

Tekst: Willem Bakering / Fotografie: Luuk Gosewehr

Interessant artikel? Deel het: