Duurzaamheid staat in Friesland nadrukkelijk op de agenda

24 juli 2017 09:21

Duurzaamheid staat in Friesland nadrukkelijk op de agenda

Duurzaamheid is een breed begrip, alle aanwezigen tijdens het tafelgesprek zeggen er op een of andere manier wel iets mee te doen. Maar, dat er nog veel meer kan en moet gebeuren, is ook duidelijk. Innovatie speelt daarin een rol, maar vooral ook wat je als ondernemer, als mens, zelf wilt en kunt doen. “Er gebeurt al heel veel, maar achterover leunen is er niet bij, we moeten elkaar blijven stimuleren.”

“Wat we binnen ons bedrijf aan duurzaamheid kunnen doen, doen we”, trapt Alex van Dalen van Beenen Industriële Automatisering af. “We hebben led-verlichting, zonnepanelen en rijden in auto’s met het A-label. Wij zijn verder geen grootverbruikers van fossiele brandstoffen. Bij onze klanten kunnen we vaak meer resultaten behalen. Zo monitoren we energiestromen, waardoor behoorlijke besparingen te realiseren zijn. Een nadeel van de regelgeving in ons land is echter dat hoe meer stroom je verbruikt, des te goedkoper wordt de prijs. Dat is vreemd en stimuleert niet om zuiniger met energie om te gaan.”

“Wij hebben als gemeente een voorbeeldfunctie”, zegt wethouder Roelof Bos van de gemeente Dantumadeel. “Daarom hebben we zonnepanelen, een laadpaal voor elektrisch rijden en verplaatsen we ons onder andere in een groen gas auto. Wij willen duurzaam ondernemen zo veel mogelijk stimuleren, maar dat blijkt in de praktijk nog niet zo eenvoudig. Ondernemers, maar ook particulieren, kijken altijd naar de terugverdientijd van een investering en die mag, zo vinden ze, niet te lang zijn.”Tuin- en Landschapsontwerper Nina Abbing is niet enthousiast over zonnepanelen die overal op de daken worden gelegd. “Ik vind het een vorm van landschapsvervuiling, daar zouden we veel zorgvuldiger mee om moeten gaan. Iedereen die zonnepanelen wil plaatsen krijgt daarvoor toestemming. Mijn voorkeur gaat ernaar uit om zonnepanelen vooral op industrieterreinen te plaatsen, zodat je de woonwijken schoon en fris houdt.”

Zorgvuldigheid

Ook gastheer Sake van der Wal van het gelijknamige hoveniersbedrijf verbaast zich over de plekken waar zonnepanelen worden geplaatst. “Kijk naar de Centrale As bij Garyp, waar in het groene Friese land een groot zonnepark is verrezen. Ik vind dat niet mooi en dan wordt er ook nog een enorm bord bij geplaatst, waarop trots de opbrengst wordt vermeld. Foeilelijk.” Een dilemma ten aanzien van zonnepanelen is geboren. Met de plaatsing van zonnepanelen ben je duurzaam bezig, maar het oog wil ook wat. Niet elke plek is daar geschikt voor en Nina en Sake roepen op tot meer zorgvuldigheid.

“Ook Alex snapt de aanleg van zonneparken in weilanden niet. Johan Douwes (op de fiets vanuit Burgum) van Bouw Totaal Management, onderdeel van Wurkz Uitzendorganisatie, denkt dat dit vooral met subsidiestromen te maken heeft. Investeerders kunnen behoorlijke subsidies opstrijken wanneer ze zonneparken aanleggen. Ik snap dat niet, we hebben toch voldoende daken in ons land. Hetzelfde zie je overigens bij de plaatsing van windmolens, ook daarvoor krijgt men veel subsidie, zeker waar het grootschalige windparken betreft. Op die manier wordt duurzaamheid een inkomstenbron voor de investeerders.”

Roeland Westra is projectleider Centrum Duurzaam bij ROC Friese Poort, een school voor middelbaar beroepsonderwijs, dat over een groot aantal gebouwen in Friesland beschikt. Energiezuinig zijn ze allemaal niet, maar waar mogelijk worden duurzame initiatieven genomen, zoals bij nieuwbouw. “Zo bouwen we momenteel aan een nieuw gebouw in Leeuwarden, waar 800 studenten worden opgeleid voor de zogenaamde uniformberoepen. Dit gebouw is niet alleen 100 procent energie neutraal, maar er is ook circulair gebouwd. Dat wil zeggen dat zoveel mogelijk materialen die in het gebouw zijn gebruikt, hergebruikt kunnen worden. Daarmee willen we niet alleen denken aan de toekomst, maar ook een goed voorbeeld geven aan studenten.”

Bewustwording

En daarmee kom je aan de kern: wat is duurzaamheid. Roeland:” Ik hoop dat de studenten van nu over pakweg tien jaar een ander gesprek voeren over duurzaamheid en niet de ballast meenemen die wij wel bij ons dragen. Duurzaamheid begint bij bewustwording, bij het veranderen van gedrag. Het is een breed begrip, wat veel verder gaat dan alleen bouw en energie. Het gaat ook om de duurzame inzetbaarheid van mensen. En wat mij betreft gaat het niet over de terugverdientijd. De beweegreden waarom we allemaal aan duurzaamheid zouden moeten doen is rentmeesterschap. Wat laten we na aan de generatie die na ons komt, daar gaat het volgens mij om.”Nina vindt dat niet alleen in de bouw naar circulair moet worden gekeken, maar ook in de buitenruimte. “En het liefst direct bij aanvang van het ontwerp. Door samen na te denken over het gebouw en de buitenruimte, kunnen we tot een prachtig duurzaam eindproduct komen. Helaas is de buitenruimte vaak sluitpost op de begroting, waardoor ten aanzien van groen minder duurzame oplossingen worden genomen.” Sake kan dit beamen: ”Het klopt dat wij vaak te laat worden ingeschakeld en dat gaat ten koste van de kwaliteit van de buitenruimte.”

Geld

Johan mengt zich met een nuchtere zienswijze in het gesprek. “Wij leven nog teveel in een traditionele wereld, waarin het in de eerste plaats vooral om geld gaat. We willen ons best bezighouden met duurzaamheid, maar het mag niets kosten. Dat is een probleem. Het korte termijn denken, zeker op financieel gebied, is de doodsteek voor duurzaamheid. We merken het in de bouw. Wanneer een woning vanwege duurzame investeringen bijvoorbeeld 15 procent duurder wordt, en men dit op relatief korte termijn ook weer terugverdient, laat men die extra investering toch liever achterwege.”

Roeland zegt dat het een uitdaging is om duurzaamheid onder de aandacht te brengen bij de gemiddelde puber. “Ik ben eerlijk, het onderwerp staat nog ver weg van de jongeren.” Sake pleit ervoor om er daarom eerder mee te beginnen, bijvoorbeeld op de basisschool. “Dan kun je duurzaamheid van speels naar leerzaam bij de kinderen binnen laten komen.” Roelof geeft aan dat de gemeenten in Noordoost-Friesland daaraan willen bijdragen. “Met zes gemeenten hebben we De Klyster in Damwoude opgezet, een locatie waaruit we alle basisscholen in de regio lesmateriaal en projecten op het terrein van natuur en milieu aanbieden.”

“Op ROC Friese Poort dagen we jongeren uit met een zogenaamde challenge”, vult Roeland aan. “We vragen een bedrijf met een duurzaamheidsvraagstuk op de proppen te komen, waarna studenten met ideeën mogen komen. Er is onlangs een challenge afgerond en de opdrachtgever was verrast over het resultaat. Er waren vier nieuwe ideeën/principes naar voren gekomen, waarover zij zelf nog nooit had nagedacht. Zo zie je maar dat jongeren met een bepaalde frisse blik naar problemen kijken en dan met de meest verrassende oplossingen kunnen komen.”

Duurzaam bestrijden

“Wij werken veelal in vaste patronen, zoals we al jaren gewend zijn”, geeft Sake aan. Maar, vaak gedwongen door de markt ontkomt ook het hoveniersbedrijf niet aan vernieuwing. Lastig is dat wel, omdat nieuwe opdrachten vaak op prijs worden gegund en je wel moet blijven concurreren. Als voorbeeld noemt hij de aanschaf van een heetwatermachine voor de bestrijding van onkruid. “Voorheen deden we dit met een chemische onkruidbestrijder, maar ook wij willen met de tijd mee. Echter, met een heetwatermachine moet je wel vaker dezelfde kwaal bestrijden, wat tot hogere kosten leidt. Aangezien bij inschrijving op een klus de prijs nog vaak bepalend is, staan we weleens voor een dilemma.” Er is echter hoop, want onlangs heeft Van der Wal een opdracht binnen gehaald, louter en alleen vanwege het feit dat hij onkruid op een milieuvriendelijke en duurzame manier wilde bestrijden.” Ook Nina ziet dat de markt aan het veranderen is. “Zo hebben ziekenhuizen bijvoorbeeld te maken met de zogenaamde milieuthermometer zorg, waarin veel meer aandacht is voor de gezonde, groene buitenruimte. Dit betekent dat ze veel gerichter op zoek zijn naar bedrijven die hierin mee willen gaan.”

Minder verbruiken

Johan constateert dat zowel consumenten als ondernemers gevoelig zijn voor subsidies, wanneer het op energiebesparende maatregelen aankomt. “Dat is mooi, maar daarmee zijn we er niet. Subsidie stimuleert weliswaar bepaalde maatregelen, maar we moeten met elkaar toch ook echt minder gaan verbruiken. De CO2 uitstoot stijgt nog steeds, dus ergens doen we iets niet goed.”

Volgens Alex leidt certificering wel tot het nemen van maatregelen. “Wij hebben het ISO 14001 certificaat en daarin staan voorwaarden opgenomen die moeten leiden tot minder gebruik van energie, papier, enzovoort. En zonder dit certificaat kunnen wij geen opdrachten binnen halen, dus we hebben het nodig. Dit betekent automatisch dat we ook de duurzame maatregelen nemen die daarbij horen.”

Wethouder Bos ziet ook positieve ontwikkelingen. “Zo ontstaan er overal duurzame dorpen, dat verspreidt zich als een olievlek. Die initiatieven komen van onderop, je moet de kracht daarvan niet onderschatten. We leren van elkaar en mijn verwachting is dat dit een enorme vlucht gaat nemen.”

Roeland: “Duurzaamheid zorgt ervoor dat we met elkaar onderweg zijn en daarin elke keer een stapje maken. In mijn schooltijd had ik nog nooit van het woord gehoord. Nu hebben we het over uitdagingen en hoe we die kunnen oplossen. Dus ja, we zijn op weg, maar er moet nog veel gebeuren.”Roelof beaamt dit. “We gaan een nieuwe school in Damwâld bouwen, waarbij duurzaamheid voorop staat. Daarin gaan we alweer een stap verder dan de school in De Westereen, die een paar jaar geleden werd gebouwd. Dus, er gebeurt best veel.”

Innovaties

Innovaties kunnen volgens de aanwezigen ook zeker bijdragen aan een duurzamere wereld. Nu nog vliegen we naar allerlei bestemmingen wereldwijd, maar ook dichtbij huis. Alex zegt bijvoorbeeld dat de ontwikkeling van de hyperloop, waarmee je in sneltreinvaart van punt a naar punt b kunt gaan, op termijn gaat zorgen voor minder vliegverkeer.” Johan juicht deze ontwikkelingen toe. “Vaak zijn innovaties in het begin nog duur, maar wanneer ze eenmaal breder gedragen en verkocht worden, zakt de prijs en komt het voor meer mensen binnen handbereik.”

Roeland vindt dat oplossingen uit de natuur eveneens kunnen bijdragen aan een duurzamere wereld. “Men ontdekt bijvoorbeeld weer de kwaliteit van hennep, cellulose en stro. Kijk hoe vogels een nest bouwen, daar kunnen we nog veel van leren. Wat dat betreft moeten we veel meer terug naar de natuur.” Dat spreekt Nina aan. “We kunnen bijvoorbeeld veel meer groene daken aanleggen. Dat is goed voor het milieu, maar we kunnen er voor een deel ook wateroverlast mee tegengaan. Zo ben ik ook voorstander van de toepassing van bomen. Komende jaren wordt de hittestress in de steden steeds hoger. De schaduw van bomen levert in deze stedelijke omgeving een betere verblijfskwaliteit.”

“En in de particuliere tuin wordt bijvoorbeeld veel bestrating toegepast, daar moet veel meer groen voor terugkomen.” Sake denkt dat de televisie daarin een belangrijke rol kan spelen. “Veel wat daarin wordt besproken, zien wij vervolgens terug in de ideeën en vragen die we van onze opdrachtgevers krijgen.”

Samenwerking

Nina pleit verder voor meer samenwerking, “omdat je dan vaak tot betere oplossingen kunt komen. Je maakt gebruik van elkaars kennis en ervaring.” Alex zegt dat er reeds diverse initiatieven zijn waarin ondernemers samenwerken. Als voorbeeld noemt hij Circulair Friesland. “Er lopen wat dat betreft al diverse projecten waarin bepaalde initiatieven gezamenlijk worden uitgewerkt.” Roeland denkt dat er nog veel meer kan, zoals het maken van kleine gebruiksobjecten door studenten en lokale bedrijven in de dorpen in Friesland, waarmee circulair zichtbaar kan worden gemaakt. Roelof ziet daarin wel een rol weggelegd voor de gemeente. “Wij kunnen heel snel bedrijven bij elkaar brengen die op het gebied van duurzaamheid iets voor elkaar kunnen betekenen. Bovendien, waarom zou je iets ver weg halen wat ook om de hoek te krijgen is, ook dat is duurzaamheid. Wij hebben inmiddels ons aanbestedingsbeleid zodanig ingericht, waardoor we ook daadwerkelijk opdrachten dichtbij kunnen uitbesteden.” Sake denkt dat je maar een paar mensen nodig hebt die de kar willen trekken. “Tot nu toe zie ik de gemiddelde ondernemer nog te weinig bezig met duurzaamheid en daar behoor ik zelf misschien ook wel toe. En dat terwijl we de aarde lenen van onze toekomstige kinderen.” De tafel sluit vol optimisme af. “Het kantelpunt voor duurzaam ondernemen komt er aan, wanneer de grote jongens omgaan, gaat het heel snel. Sneller dan wij ons nu kunnen voorstellen.” Roelof tenslotte:” Bovendien mogen we best trots zijn op wat we in ons mooie Friesland al hebben bereikt. We zijn er nog niet, dat klopt, maar optimisme is hier wel op z’n plaats.” «

Tekst: Henk Poker / Fotografie: Gerrit Boer

terug

Reacties op dit artikel

Reactie plaatsen? Log in met uw account.

Om de gebruiksvriendelijkheid van onze website en diensten te optimaliseren maken wij gebruik van cookies. Deze cookies gebruiken wij voor functionaliteiten, analytische gegevens en marketing doeleinden. U vindt meer informatie in onze privacy statement.