MKB gaat mee in circulaire economie

15 oktober 2019 15:56

MKB gaat mee in circulaire economie

Ondernemers leven in een interessante tijd. Het is niet de vraag óf we naar een circulaire economie toe moeten, maar hoe. “Als je als ondernemer niet circulair denkt, besta je over tien jaar niet meer”, zegt één van de deelnemers aan het tafelgesprek over circulaire economie. Het gesprek vond plaats bij Airhunters op het Arnhemse IPKW-terrein.

Circulair ondernemen wordt vaak geassocieerd met geld. En inderdaad heeft het weinig zin om op die manier te ondernemen als er onder de streep geen zwarte cijfers staan. Maar de mens staat wel centraal in dit economische vernieuwingsproces, vindt Huub Schoenaker, verbonden aan het Centrum voor meervoudige waardecreatie van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Het centrum begeleidt bedrijven en gemeentes bij het bevorderen van de verduurzaming van hun processen en organisatie. Studenten helpen erbij. Huub Schoenaker: “We krijgen ontwikkelingen pas gedaan als we overeenstemming bereiken over verantwoordelijkheden. Hoe krijg je dat voor elkaar? Door de factoren people, planet profit meetbaar te maken. Dat doen we aan de hand van zes waardesoorten. Zo hebben we de complexiteit van de problematiek inzichtelijk gemaakt. Symptomen en oorzaken worden zichtbaar. We kunnen er nu beter over van gedachten wisselen.” De zes waardesoorten waarover Huub Schoenaker spreekt zijn de menselijke-, de sociaal-relationele-, de natuurlijke-, de materiële-, de intellectuele- en de financiële waardesoort.

John Schraven is innovatiemakelaar bij het Regionaal Centrum voor Technologie Gelderland. Dat verbindt bedrijven en kennisinstellingen om sneller te kunnen innoveren. Hij onderscheidt effectiviteit en efficiency: “Ondernemers kijken naar efficiency, kostenbesparing. Maar hoe zit het met de effectiviteit? Een bos bloemen kweken is niet efficiënt. Maar het effect is onbetaalbaar als ik de bos aan mijn vrouw geef. Wat ik wil zeggen is dat ondernemers zich moeten afvragen of ze met de juiste dingen bezig zijn. Bewustwording. Daar help ik graag bij. Kunnen we het lineair denken omzetten in circulariteit? Dat vergt een cultuurverandering die generaties kost.”

Kleine stapjes

Paul van Kempen, is milieucoördinator bij het Nederlands Openluchtmuseum. Hij noemt het ‘het meest duurzame museum van Nederland’. Erkenning kwam in de vorm van de milieuprijs Green Key Gold. Ondanks uitbreidingen en extra activiteiten bleef het energiegebruik van het museum de afgelopen jaren constant. Dat lukte onder andere door museale panden op het juiste moment van duurzame oplossingen te voorzien. Bijvoorbeeld door vloerverwarming aan te brengen als een oude vloer vervangen moest worden. Verder werden veel kleine stapjes gezet. Bijvoorbeeld door met de horeca in gesprek te gaan over recyclebare kopjes. Continu communiceert hij over circulariteit. Successen worden gevierd. Alles om mensen mee te krijgen in het circulaire denken en doen. Hij reageert op John Schaven door te stellen: “Veel bedrijven denken helemaal nog niet efficiënt. De hoogte van hun energierekening kennen ze niet eens. Dat valt onder huishoudelijke kosten en dat is het. Dat basisbeginsel is in de afgelopen dertig jaar niet veel veranderd. Terwijl ook daar winst te behalen is.”

Ambitie

Gastheer Erik Roelevink is oprichter van Airhunters en mede oprichter van Plastic Fantastic. Airhunters lokaliseert onbenutte laadruimte in vrachtauto’s en zorgt zo dat de ladingen van klanten mee kunnen liften op vrachtauto’s die al onderweg zijn. Om die makelaarsfunctie goed te kunnen vervullen heeft Airhunters toegang tot ruim een half miljoen vrachtwagens. Plastic Fantastic is een coöperatie die als doel heeft afvalplastic te hergebruiken als grondstof.

Hij vindt: “Wat ik hoor is dat er veel drempels zijn om circulair te gaan. Er is veel om over na te denken. Maar om te beginnen moet er een noodzaak gevoeld worden dat het anders moet. Anders wil je niet veranderen. Laat los dat je er geld mee moet verdienen, dat komt later wel.”

Luc Kikkert is directeur van Kiemt. Kiemt wil de transitie naar een circulaire economie versnellen door ondersteuning en advisering vanuit een groot netwerk van betrokken bedrijven en instellingen. Zijn opvatting is dat er op een andere manier naar waarde gekeken moet worden: “Onze waarde perceptie is gebaseerd op bezit.

Wie veel bezit is rijk. Toch is iedereen hier aan tafel liever gelukkig dan rijk. Er zit dus fundamenteel iets fout in die oude benadering. Langzaam kantelt die ook: onze waarde perceptie is inderdaad aan het veranderen. Er rijden overal leenfietsen rond. Er ontstaan deelauto concepten. We zijn bereid om de ruimte in een vrachtwagen te delen. Dat was 20 jaar geleden niet zo. Dus langzaam verandert ons denken. Aan de hand van een model van meervoudige waardencreatie maakt de HAN nieuwe winst- en verliesmodellen. We moeten zorgen dat we de grondstoffen van de aarde niet uitputten, materialen hergebruiken, afval vermijden. Uiteindelijk moeten we dus anders naar waarde gaan kijken.”

Erik Roelevink: “Ook dat begint met ambitie. Je moet beginnen met vrij denken, andere componenten als geld verdienen inzetten, zoals de sociale component. Zet je die ambities neer, dan zie je dat dat heel goed kan. Als goede ideeën samenkomen dan komt daar een hele goede businesscase uit. En natuurlijk kan het mislukken maar dat geldt voor elke onderneming.”

Huub Schoenaker is kritisch: “Je kan wel zeggen dat we niet aan geld moeten denken, maar dat gaat niet werken. Want uiteindelijk wordt alles in geld uitgedrukt. Uiteindelijk moet je businesscase positief zijn. Echter is het grote verschil met de oude economie, dat we in true costs zullen moeten leren denken. Dus ook de kosten moeten meenemen, die in de andere vijf waardesoorten ontstaan of nog zullen ontstaan. Dat kunnen dus ook toekomstige kosten zijn. Die moeten wel in die businesscase worden meegenomen.”

Innovatiepoot

Hier komt Chiel Berndsen in beeld. Hij is directeur van Altop Kunststoftechniek voor projecten, productie en montage van technische installaties. Samen met klanten werkt hij ook aan duurzame installaties. Dat noemt hij ‘een lastig onderwerp’, want als we er niks aan verdienen dan laten we het liever zitten. Die risico’s zijn deels op te vangen door winst in een aparte innovatiepoot te investeren. Chiel Berndsen: “Zo hebben we bijvoorbeeld een drainagesysteem ontwikkeld om natuurgrasvelden te managen. Daarmee bespaar je water en energie en ben je duurzaam bezig. Het is een installatie die te gebruiken is voor voetbalvelden. De installatie proberen we te vermarkten. Lastig, want voor dit irrigatiesysteem is geen menskracht nodig, terwijl er in iedere gemeente wel een wethouder is die juist op voetbalvelden mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt wil laten werken. Verder hebben we een gepatenteerde pomp die op drie kilometer diepte bruikbaar materiaal van de zeebodem kan halen. Het testen kost een vermogen dus daar zoeken we partners voor. Als je iets bedacht hebt, dan is het dus nog niet verkocht.”

Tekst: Paul de Jager

Fotografie: Jacques Kok

terug

Reacties op dit artikel

Reactie plaatsen? Log in met uw account.

Om de gebruiksvriendelijkheid van onze website en diensten te optimaliseren maken wij gebruik van cookies. Deze cookies gebruiken wij voor functionaliteiten, analytische gegevens en marketing doeleinden. U vindt meer informatie in onze privacy statement.