Oog voor voldoende veiligheid levert vooral winst op

8 december 2016 14:00

Oog voor voldoende veiligheid levert vooral winst op

oog_voor_voldoende_veiligheid_levert_vooral_winst_op_opt

Bedrijfsveiligheid en milieumanagement zijn issues die soms eerder als last dan als lust worden ervaren. Toch zijn het dagelijks terugkerende aspecten die van grote invloed zijn op bedrijfscontinuïteit, resultaten én op de marktpositie van veel ondernemingen. Zes mensen uit de dagelijkse praktijk gaan in gesprek over een complex maar boeiend onderwerp.

We worden welkom geheten door Jan van Uden, die samen met Beschier Kik de directie voert van PK OEM Parts en gastheer is voor dit rondetafelgesprek. Hij is als onderdelenleverancier een vreemde eend in de bijt, tussen de specialisten, vindt ie zelf. Toch heeft ook zijn bedrijf veel met de onderwerpen van vandaag te maken. Het is van toegevoegde waarde om ook mensen uit de praktijk en uitvoering te horen. Dat geldt tevens voor Richard van Eijkeren, als maintenance manager van Istimewa Elektro. Na het voorstelrondje komt de eerste stelling op tafel:

Voor minder grote organisaties is het wellicht erg kostbaar om voldoende aandacht te besteden aan veiligheid en om de juiste knowhow in huis te hebben. Is dat een dure zorg of een betaalbare kans?

Richard merkt op dat het best kostbaar genoemd mag worden maar dat de consequenties een stuk prijziger uitvallen, wanneer je er niet goed mee omgaat. Alleen al omdat je jezelf uit de markt prijst door er niet aan te voldoen. “Wanneer er dan ook nog eens wat misgaat, zijn de gevolgen niet te overzien”, zegt hij. “Investeren in veiligheid en milieu is dus ook investeren in je bedrijf.” Menno Broere vult daarbij aan: “In een ideale wereld zou regelgeving niet nodig zijn maar zo werkt het niet. Die wetten zijn echt nodig. Er zijn nog steeds veel bedrijven, en medewerkers, die het niet uit zichzelf als norm zien.” De tafelgenoten zijn het in die zin snel eens: voldoen aan de normen moet een besef zijn, niet alleen een marketingtool of een ‘noodzakelijke kwaad’ dat nu eenmaal vereist is om te mogen werken.Daar kan Peter Kramer over meepraten, als opleider: “Wij waken er actief voor dat we geen certificatenverkopers worden. We willen serieuze kennis overdragen, die leidt tot optimale veiligheid. Gelukkig zien we nog steeds een groeiend besef, zowel bij opdrachtgevers als bij uitvoerende partijen. Veel organisaties leggen de lat zelfs hoger nog dan vereist.” Richard herkent dat en vertelt hoe Stork een eigen opleiding heeft samengesteld voor medewerkers maar ook een safety-skill scan gebruikt om mensen en hun werkwijze te screenen. Het is bij meer bedrijven zo, vertelt zijn buurman Dirk Alblas: “Wij hebben eveneens eigen eisen opgesteld.”

Hameren

Henk Kwakernaak wijst erop dat nu juist die dingen voor kleinere bedrijven onbetaalbaar zijn. “Het blijft complexe materie”, stelt hij. “En dan ben je toch al snel aangewezen op externe expertise.” Daarnaast vermoeilijkt het feit dat ieder bedrijf eigen certificaten en normering hanteert de uitwisseling van kennis in de sectoren enorm.” Gezamenlijk wordt vastgesteld dat er veel verantwoordelijkheid ligt op het bord van de werkgever annex uitvoerder, waarbij Henk opmerkt geregeld het gevoel te krijgen dat kleinere bedrijven er serieuzer mee omgaan dan sommige grote organisaties. Het zou helpen als er meer één norm kwam, stelt het gezelschap vast. En er komen meer ideeën voorbij die kunnen helpen. Werkgevers moeten eigenlijk eerst checken wat een medewerker aan werkelijke vaardigheden beschikt, een certificaat zegt lang niet alles. Via branche- en ondernemersverenigingen zijn cursussen bovendien beter betaalbaar in te kopen. Het is de moeite en de kosten waard, is de algemene gedachte. Het voor elkaar hebben van een en ander biedt immers toegevoegde waarde, dus commerciële kansen. Ook draagt oog voor deze aspecten bij aan de verbetering van arbeidsmoreel en zelfs productiviteit. Het beste werkt het als werkwijzen en oog voor veiligheid in het DNA van een bedrijf zijn gaan zitten. Een kwestie van op blijven hameren dus. Een mooi bruggetje naar stelling twee.

Draagvlak creëren voor kwaliteitsbeleid en veiligheid is één ding, het borgen ervan vaak veel lastiger. Hoe houd je een organisatie scherp, ook op termijn?

Dirk vindt dat draagvlak vooral vanuit het bedrijfsbeleid moet komen. “Je dient er blijvend aandacht voor te hebben”, zegt hij. De anderen vallen hem bij, met als aanvulling dat -aangezien de middelen er zijn- het inderdaad vooral een kwestie van mentaliteit is. Volgens Menno moeten mensen op de werkvloer hun collega’s ook aanspreken op verkeerd gedrag. Gastheer Jan vertelt hoe zijn bedrijf het aanpakte, na de verhuizing naar deze gloednieuwe locatie: “We hebben nieuwe gedragsregels opgesteld en iedereen daar nadrukkelijk op gewezen. Toch blijven er ook dan mensen die vinden dat zij zich daar niet aan hoeven te houden. Die moet je er actief aan blijven herinneren.” Peter: “Leidinggevenden horen het goede voorbeeld geven, laten zien dat ze ook zelf die regels respecteren en ze inderdaad uit blijven dragen.” Hij geeft aan het nog steeds mee te maken dat eigenaren of managers zo de werkvloer op lopen, zonder zich te bekommeren om veiligheidsvoorschriften. Zo wordt het héél lastig om het bij anderen serieus in hun systeem te krijgen. Richard is het volledig met hem eens en vult aan: “Je moet medewerkers die het goed oppakken ook belonen en eens in het zonnetje zetten.” Dirk laat weten dat zijn bedrijf dat al actief doet. Het heeft allemaal met bewustwording te maken, maar die is ook af te dwingen, zegt hij. Verder maakt zijn bedrijf gebruik van interne audits, die veel belangrijke input opleveren voor aanscherping van het beleid. Peter: “Om de vijf jaar een opfriscursus is geen overbodige luxe. En koppel er gerust een toets aan. Da’s voor velen wel even schrikken, maar laat meteen zien dat het menens is.” Daarmee zijn de gesprekspartners aangekomen bij de laatste stelling.

De nieuwe ISO-normeringen: Hoe krijg je medewerkers maar ook bijvoorbeeld leveranciers (dienstverleners) en stakeholders zo snel mogelijk mee?

Henk verwijst naar de HLS (High Level Structure), een ISO-initiatief om een ‘structuur op hoofdlijnen’ voor managementsysteemnormen te ontwikkelen. Die implementatie kan positief bijdragen aan de gewenste veiligheidscultuur, vertelt hij. Het systeem zit zo in elkaar dat een mkb’er er goed mee uit de voeten kan. Richard vertelt nog steeds wel eens vreemd op te kijken wanneer opdrachtgevers om ISO-normen vragen, maar er zelf absoluut niet aan voldoen. Hij en zijn tafelgenoten zijn het ook eens dat het voldoen aan een bestek er niet altijd eenvoudiger op wordt. Daarnaast is het vanwege aanbestedingsbeleid wel eens jammer dat een opdrachtgever een aannemer die eerder perfect werk leverde niet mag belonen met een vervolgopdracht. Dat is in iedere sector anders, weet Menno. 
Richard vertelt dat zijn organisatie zelfs werk maakt van leveranciersbeoordelingen. Het houdt ze scherp en kan belangrijke input opleveren voor een vervolgopdracht dan wel het inschrijven daarop. “Als een bedrijf niet aan onze MVO-normering kan voldoen, valt ie af.” Dirk vult aan dat het inderdaad belangrijk is om in de praktijk te volgen hoe een leverancier presteert. Volgens Henk is het daarnaast belangrijk om in gesprek te blijven met bedrijven die voor je werken. Ze moeten immers wel weten wat je exact verwacht. “Wij gaan zelfs graag met opdrachtgevers die dialoog aan”, antwoord Richard. “De resultaten en werkwijze beoordelen houdt ons ook bij de les.” Volgens Jan valt het in zijn branche nogal mee met de MVO-eisen: “Alleen echt grote bedrijven zijn daar mee bezig. We krijgen wél eens leveranciersbeoordelingen van onze klanten. Daar zijn we blij mee want dat zijn goede aanbevelingen voor nieuwe opdrachten. Ook als een opdrachtgever opmerkingen heeft, is zo’n beoordeling een kans. We leren graag bij.” Er is veel verbeterd in de aanscherping en het hanteren van ISO-normen, vertelt Henk: “Vroeger kon je bij wijze van spreken betonnen zwemvesten maken en nog aan de normering voldoen. Dat is al lang niet meer zo.” Buurman Peter vult aan: “Het moet geen doel op zich zijn natuurlijk maar een middel om te bereiken wat je voor ogen hebt.” En over de feedback van klanten, als er eens iets niet goed ging, zegt hij: “Belangrijk is niet alleen wat je ervan leert voor een volgende keer. Onderdeel van je kracht is ook hoe je het oplost.” Hij krijgt bijval van Richard: “Je moet inderdaad jezelf blijven verbeteren, dus ook proberen om een fout te herstellen indien mogelijk.” Opnieuw is de tafel eensgezind: blijven communiceren is de enige wijze om leveranciers en opdrachtgevers op één lijn te krijgen, aan verwachtingen te voldoen en belangrijke lessen te leren. «

Tekst: Hans-Jorg van Broekhoven / Fotografie: Richard van Hoek

Reacties op dit artikel

Reactie plaatsen? Log in met uw account.

Om de gebruiksvriendelijkheid van onze website en diensten te optimaliseren maken wij gebruik van cookies. Deze cookies gebruiken wij voor functionaliteiten, analytische gegevens en marketing doeleinden. U vindt meer informatie in onze privacy statement.