‘We willen het onderwijs moderniseren’

11 april 2023 12:02

• Bedrijfsreportages

Michiel Kalverda brengt met TMI digitale geletterdheid naar scholen

Een onderneming oprichten om die zo snel mogelijk overbodig te maken. Het klinkt niet als een duurzaam businessmodel, toch is het precies wat Michiel Kalverda met zijn TMI voor ogen heeft. Het bedrijf zet digitale geletterdheid en mediawijsheid op de kaart in het onderwijs, iets dat (nog steeds) geen vaste plek heeft in het onderwijscurriculum. “We zijn in staat om maatschappelijke thema’s heel snel te vertalen in materiaal dat jongeren aanspreekt.”

In het onderwijs is TMI dé uitdager: waar traditionele uitgevers lesmethoden ontwikkelen die jaren meegaan, brengt TMI actuele onderwerpen naar de scholen. Het commerciële karakter van TMI is er alleen om zo snel mogelijk deze thema's in het onderwijs te krijgen, op een manier die past bij de scholen. Zo biedt TMI workshops en projectweken aan over thema’s als mediawijsheid en digitale geletterdheid, worden er TMI docenten opgeleid, die zij vervolgens op verschillende scholen plaatst, organiseert TMI ouderavonden en is er een digitaal leersysteem met tools voor in de klas. “Inmiddels hebben we ruim dertig uur kant en klaar lesmateriaal beschikbaar”, zegt oprichter Michiel Kalverda. “We doen alles wat je maar kunt bedenken omtrent digitalisering.”

Digitale geletterdheid is het begrijpen van kansen en gevaren van het internet. Het zorgt dat je controle hebt over digitale systemen, informatiestromen kunt beoordelen en technologie voor jou kan laten werken. De docenten van TMI behandelen onderwerpen als desinformatie, online shaming, online verslaving en de manier waarop influencers reclame maken. Ook cybercriminaliteit en doxing, het ongewenst delen van privé-informatie, komen aan bod. Kalverda: “Het kan ook over appgroepen gaan; hoe gedraag je je in zo’n groep en wat zijn de verschillen met het schoolplein? Het woord ‘online’ kennen jongeren vaak niet eens, want voor hen is alles online. Ze zijn immers opgegroeid met een scherm in de hand. Door deze problematiek heel concreet te maken, brengen we veel onderwijsinnovatie naar de scholen. We vullen de onderwerpen in voor de scholen, omdat ze zelf vaak worstelen met hoe dat ze moeten doen.”

Trump als inspiratiebron

Bij de start van TMI, bijna acht jaar geleden, ziet het beoogde businessmodel er overigens heel anders uit. Kalverda, dan student Journalistiek, ziet dat er een journaal is voor volwassenen en voor kinderen, maar jongeren komen er bekaaid af in het media-aanbod. Om dat gat te vullen bedenkt hij tijdens zijn studie een jongeren-nieuwszender op Youtube. “In de weken dat Trump opkwam, in 2016, hadden we in Amerika studenten zitten die hierover berichten. Zo brachten we nieuws tegen relatief lage kosten. Op de verkiezingsavond deden we een livestream, voor de camera kleurden we bordjes in met de uitslagen. Toen Trump aan het eind van de nacht verkozen werd… Dat vonden we wel opzienbarend, dat zoveel Amerikanen klakkeloos achter deze de man aanliepen.”

Het medium kreeg bekendheid in de mediawereld. Zo vroeg het Instituut Beeld en Geluid Kalverda om een workshop te geven, in de week van de mediawijsheid. Het bleek de opstap naar de onderwijsorganisatie die TMI nu is. “Na die ene workshop zijn we gestart met fake news-workshops. We kwamen erachter dat we hiermee meer impact maakten dan met youtubefilmpjes. Zo groeiden we in het onderwijs. Nu kun je ons wel onderwijsfanaten noemen.” De organisatie is ook professioneler geworden. De studenten startten met een groep van zo’n dertig vrijwilligers, voornamelijk van de opleiding Journalistiek. “Daar zijn er een paar van overgebleven. Job Luk is nu onze financiële man en Herman Nelissen leidt de technische en operationele kant van het bedrijf. Wij zijn met z’n drieën de oprichters. Nu hebben we dertig mensen op de loonlijst staan; onderwijsontwikkelaars, adviseurs en voornamelijk mensen die naar de scholen gaan.”

Scholen ontlasten

Hoe ziet het werk van TMI er in de praktijk uit? “We zijn in staat om maatschappelijke thema’s snel te vertalen in materiaal dat jongeren interesseert”, aldus Kalverda.  “Onze docenten kunnen scholen op elk vlak ondersteunen en ze ontlasten hen met workshopdagen of complete themaweken. Scholen krijgen maatwerk geleverd; iedere situatie is immers weer anders. We geven zo een antwoord op alle vragen waar scholen tegenaan lopen omtrent digitale geletterdheid. Ook starten we in mei met onze nieuwe opleiding voor docenten die bij scholen werken. "Zo willen we verder bijdragen aan de verspreiding van ons gedachtegoed.”

Voor de groei van het bedrijf en de ontwikkeling van de lespakketten heeft TMI bijna zeven ton opgehaald via crowdfundingplatform Oneplanetcrowd, en is er een investeerder aan boord gestapt. “Met het geld konden we ons commerciële team uitbreiden en hebben we meer scholen aangehaakt. We zijn met opzet gestart met VMBO-scholen, omdat dit een doelgroep is die het allermeeste baat heeft bij onderwijs over digitale geletterdheid. Nu willen we doorbouwen naar havo/vwo en primair onderwijs.” Waar TMI momenteel zo’n honderd scholen bedient, moet dat de komende tijd groeien naar 400, vindt Kalverda. En ook de buitenlandse markt lonkt. “De problematiek en de thema’s zijn daar in principe hetzelfde, al loopt een land als Duitsland wel op ons achter als het gaat om digitale ontwikkeling. En binnenkort zetten we de eerste stappen op Saba. "Daar gaan we workshops geven.”

Overbodig worden

Ook werkt TMI aan een opleidingstraject voor docenten op scholen. Tot zover het normale groeitraject van het bedrijf, want het liefst zou Kalverda zijn onderneming zo snel mogelijk overbodig maken. “We willen dat het onderwijs dit zelf kan. We hoeven niet per se een commercieel bedrijf te zijn. Als er een bv-structuur was geweest met een maatschappelijk karakter, dan waren we dat geweest. In het onderwijs leeft de gedachte dat commercie vies is. Maar de enige reden dat we commercieel werken, is omdat we zo snel mogelijk deze thema's in het onderwijs willen hebben. We maken arbeidsintensieve producten, omdat we vinden dat ze nodig zijn. We kunnen ook als een traditionele uitgever werken en methodes uitbrengen en verkopen, maar dat vind ik niet interessant. Zeker bij thema’s rondom digitale geletterdheid is er meer nodig dan alleen een E-learning, het vergt een nieuwe mindset van docenten en dat heeft tijd nodig. We moeten continu ons materiaal up-to-date houden, omdat de wereld ook snel verandert. Dat is best duur, dus heb je een commerciële gedachte nodig om dat te kunnen financieren. Daarnaast enthousiasmeren we mensen voor het onderwijs. Pabo-uitstromers willen wel het onderwijs in, maar ze kunnen zich niet vinden in het systeem waarin ze terechtkomen. Wij bieden een nieuw soort onderwijs waarbij ze niet vastzitten aan één school en wel hun passie kunnen overbrengen.
Maar ik ben echt heel blij als we niet meer nodig zijn.”

Tekst: Rob Roelofs

Interessant artikel? Deel het: