Elon Musk zet mensen aan het denken

3 juli 2017 15:39

Elon Musk zet mensen aan het denken

Over vijf jaar moeten kantoren minimaal Energielabel C dragen. Het zet zakelijke vastgoedbezitters voor het blok, zij moeten minder zuinige panden in no-time verduurzamen of afbreken. De maatregel roept vragen op, maar biedt volgens de tafelgasten ook de nodige kansen. Een gesprek over eerste stappen, gezamenlijke reizen en gezond verstand.

De overheid laat niets aan duidelijkheid te wensen over: in 2023 is het lichtst groene onder de groene Energielabels verplicht voor kantoren van honderd vierkante meter of meer. Alleen monumentale panden hoeven niet aan niveau C te voldoen. De maatregel vloeit voort uit het Energieakkoord dat in 2013 werd gesloten. Nederland wil in 2050 alleen nog duurzame energie -zon, wind, water, aardwarmte, bio- opwekken. De CO₂-uitstoot moet dan met zo’n 95 procent zijn gedaald ten opzichte van de emissie in 1990. Dat is een vereiste om de opwarming van de aarde onder twee graden te houden, zoals besproken tijdens de klimaatconferentie van Parijs. Een ambitieuze doelstelling die volgens de deelnemers aan het rondetafelgesprek alleen kan worden gehaald als iedereen van de urgentie is doordrongen.

Zo spoort ING vastgoedklanten aan panden de komende periode te verduurzamen, stelt Barbera Brand (ING Real Estate Finance). “De tijd ontbreekt om achterover te leunen. Het jaar 2023 staat voor de deur en de kans bestaat dat kantoren die niet op zijn minst aan Energielabel C voldoen de deuren moeten sluiten. Samen met bedrijven als CFP Green Buildings en Van Draeckeburgh ondersteunen we eigenaren van commercieel vastgoed bij duurzame transformatie en subsidieaanvragen. Er is een 2Dgrees challenge gestart, waarmee de Noordpoolexpeditie van klimaatjournalist Bernice Notenboom werd gesponsord. Co-sponsoren uit de vastgoedwereld en ceo’s van grote bedrijven hebben het smeltende poolijs met eigen ogen gezien tijdens een reis naar Spitsbergen. Deze ervaring heeft indruk gemaakt. Het zorgt ervoor dat mensen sneller actie ondernemen.”

Glansrijk door test

De discussiepartners bevinden zich in elk geval in een kantoor dat de test glansrijk doorstaat. Aan het gerenoveerde pand van ICT-specialist Proxsys in Gorinchem, voor een paar uur onderkomen van het rondetafelgesprek, hangt een AA++-label. Het zegt iets over het lage verbruik voor verwarming, koeling, warm water en verlichting van het pand, een gevolg van onder meer uitgekiende isolatie en ventilatie, besparende verlichting, veel daglicht en een flexibele indeling. “Er is nu subsidie toegekend voor zonnepanelen”, vertelt gastheer Martin Klop, eigenaar van Proxsys en directeur van Klop Beheer Vastgoedontwikkeling. “We willen graag zelf energie opwekken, dat scheelt weer in het verbruik, maar het financieel voordeel is voor de huurders. Het gaat mij om toekomstbestendig bouwen. Wat heeft het voor zin om kantoren met goedkope materialen, voorzien van onzuinige installaties, in elkaar te zetten? Overheid en bedrijfsleven eisen steeds meer inspanningen op duurzaamheidsgebied. Ook financiële instellingen zijn leidend. Voldoen panden niet aan de normen, dan blijft financiering uit.”

Burgemeester bepaalt

Is overheidsdwang de manier om duurzaamheid op de radar te krijgen? De tafelgasten twijfelen. Regelgeving haalt er in elk geval de vrijblijvendheid vanaf. “Zolang gloeilampen naast led’s in de schappen liggen, blijven consumenten de minder zuinige, goedkope keuze maken”, geeft Barbera Brand aan. “Als het over vastgoed gaat, zie je in de zakelijke markt beweging, maar particulieren kiezen nog niet en masse voor een energiezuinige woning.” Martin Klop haalt een opmerkelijk voorbeeld uit het Italiaanse Verona aan. “Gebruik van verwarming en koeling zijn er aan banden gelegd. De burgemeester bepaalt dus dat de verwarming na 15 april niet meer aan mag. Daar kun je van alles van vinden, Italianen zijn doorgaans niet zo van de regels, maar zo’n maatregel laat mensen nadenken over verspilling.” De weg naar een duurzaam bewustzijn verloopt volgens Gijs van Pelt (A.B. van Pelt Projektontwikkeling) stapsgewijs. Hij ziet echter het bedrijfsleven als frontrunner en niet de overheid. “Mijn vader kocht een Tesla min of meer uit idealisme. De auto vertoonde kinderziektes, was niet praktisch voor lange afstanden, maar met de aankoop gaf hij een signaal af. Inmiddels levert Tesla gewoon prima elektrische modellen. Het merk is geen noviteit meer. Zo kan het ook bij de aanschaf of huur van een kantoor of woning gaan. Laat mensen stap voor stap kennismaken met de mogelijkheden. Op een gegeven moment wordt het juist bedenkelijk als je niet in duurzaamheid investeert.”Wat betreft het behalen van Energielabel C blijven er nog genoeg vragen op tafel liggen. Van Pelt: “Er zijn kantoren voor vijftien jaar verhuurd. Hoe verricht je dan een omvangrijke renovatie zonder veel overlast voor de huurders?” Klop: “Vraag me af hoe het zit met zelfstandigen die ergens in een hoek een bureautje hebben neergezet. Wordt zo’n pand als volwaardig kantoor gezien?”

Platen in houtprint

Duurzaamheid moet deel uitmaken van onze identiteit, vindt Jan Brand (BBA Architecten), maar met het uitdragen van een écht duurzame visie maakt de architect zich in Nederland niet altijd even geliefd. “Het past niet in de koopmansgeest om voor relatief dure oplossingen te kiezen, terwijl het voordeel voor de eigenaar van een gebouw niet meteen duidelijk is. En er wordt nog weleens een duurzaamheidssausje overheen gegoten, bijvoorbeeld in de vorm van platen met houtprint. Een vooruitstrevend architect als Thomas Rau schopt tegen schenen aan, je kunt je afvragen of dat de manier is om duurzaamheid op de kaart te zetten, maar hij maakt wel serieus werk van circulair bouwen. Materialen worden, nadat een pand zijn functie heeft vervuld, opnieuw gebruikt.”

Hoeveel vervuiling heeft de renovatie van het gebouw waar Proxsys is gehuisvest opgeleverd? Martin Klop is tevreden over het eindresultaat, maar plaatst vraagtekens bij de weg ernaartoe. “De volumes afval waren aanzienlijk. Je kunt je huidige footprint meten, maar niemand zegt iets over de CO₂-uitstoot tijdens de sloop. Als het om emissie tijdens de transformatie gaat, konden we wellicht net zo goed nieuwbouw plegen. We mogen wat dat betreft realistischer zijn over duurzame doelen.”

Circulair in de mix

Heeft zuiver circulair bouwen dan de toekomst? Het is een aanpak die zeker op individuele kantoorpanden kan worden toegepast, vinden de gespreksdeelnemers, maar bij complete woonwijken wordt het al lastiger. Wie is eigenaar en verantwoordelijk voor het afvoeren en hergebruik van die vele tonnen materialen, reageert Barbera Brand. “De ontwikkelaar, de aannemer, de leverancier van materialen, de gemeente, de huidige en/of de voormalige eigenaar?”Het is geen kwestie van kiezen, weet Gijs van Pelt. Hij ziet circulair bouwen als duurzame ingreep voor de lange termijn en onder andere wind-, zonne-energie en warmte- en koudeopslag als middelen waarmee op korte termijn al succes wordt geboekt. De verbeteringen passen samen prima in de duurzame mix. “Beoordeel elk gebouw op zijn mogelijkheden. Bij transformatie kun je ook denken aan multifunctioneel gebruik. Maak een plek waar werken, voorzieningen en horeca samenkomen. Bovendien geldt, als je niets probeert, weet je zeker dat je niets bereikt. Een man als Elon Musk is in het diepe gesprongen. Hij zet mensen aan het denken.”Jan Brand onderschrijft Van Pelts mening, met de kanttekening dat beheersbaarheid en gebruiksvriendelijkheid van een gebouw voorop staan. Architecten hebben een natuurlijke vernieuwingsdrang, maar daar mag de eindgebruiker volgens hem niet de dupe van worden. “Bijvoorbeeld HAUT, de hoge houten woontoren die in Amsterdam moet verrijzen, is natuurlijk een leuk idee, maar je zult in ons zeeklimaat met talloze facetten extra rekening moeten houden. Van luchtstromen en spanning op het materiaal tot waterafvoer en duurzaam onderhoud. Dat hout vergt wellicht heel wat schilderwerk. Zelfs bij een degelijke volkernplaat ontkom je daar niet aan.”

Discussie niet platslaan

Een bewoner of huurder moet zich uiteindelijk prettig voelen in een gebouw, maar zijn wensenpakket is nog niet standaard het focuspunt van projectontwikkelaars. Toch is er de afgelopen jaren veel veranderd, merkt Jan Brand op. “Architecten krijgen vaker een regisserende rol in een team van ontwikkelaar, bouwer en installateurs. Ook bewoners en gebruikers zijn meer betrokken bij het proces. Voorheen was de wil van de architect in principe wet, maar die tijd is voorbij. Het werkt beter als je zaken afstemt en de tijd krijgt om aanpassingen door te voeren. Er wordt hier in de regio al snel gezegd ‘we werken niet goed samen’, maar daar ben ik het niet mee eens. Laten we de discussie niet platslaan. Er zijn genoeg voorbeelden van mooie projecten die met een multidisciplinair team zijn ontwikkeld.” BIM (Bouw Informatie Model) is een beproefde digitale methode om knelpunten in een bouwwerk van tevoren op te sporen en verbeteringen aan te brengen. ICT heeft ook de eindgebruiker een duidelijkere stem in het bouwproces gegeven, zegt Gijs van Pelt. Hij wijst op de online enquêtes die zijn bedrijf bij verschillende projecten inzette om de voorkeuren van toekomstige bewoners te peilen. “Bewoners konden onder andere hun visie geven over de diepte van het terras en de toegepaste materialen. De enquêtering leverde ook verrassende inzichten op. Wij gingen ervan uit dat een tweede badkamer welkom was in een luxe appartement van honderd vierkante meter, maar bij navraag bleek dat absoluut niet het geval. Met cocreatie verdwijnen dergelijke aannames. Je neemt mensen als het ware mee op reis. Maak daar ook voor duurzame vraagstukken gebruik van.”

Even nadenken

In een ideale situatie gaat iedereen zo voortvarend te werk als Martin Klop bij de duurzame transformatie van zijn pand aan de Gorinchemse Spijksedijk. Toch kan ook met relatief kleine ingrepen al duurzaam resultaat worden behaald. “Kijk of de zonwering op de juiste plaatsen is aangebracht en onderzoek de luchtstromen”, meldt Jan Brand. “Uit proeven kan blijken dat airconditioning niet goed is afgesteld. Soms werkt ze zelfs helemaal niet.” Barbera Brand wijst op de besparingen die ledverlichting en domotica opleveren.

Als het om het beperken van de CO₂-uitstoot gaat, komen bedrijven volgens de tafelgasten een heel eind door even na te denken. “Hoeveel mensen stappen toch nog tijdens de spits in twee auto’s om een korte vergadering in het midden van het land bij te wonen? Check of dat ook via Skype of conference call kan. Of de koeling, verwarming en verlichting van een compleet gebouw gaan aan, omdat één medewerker vroeger wil beginnen. Dat kan veel efficiënter.” «

Tekst: Martin Neyt / Fotografie: Richard van Hoek

 

 

terug

Reacties op dit artikel

Reactie plaatsen? Log in met uw account.

Om de gebruiksvriendelijkheid van onze website en diensten te optimaliseren maken wij gebruik van cookies. Deze cookies gebruiken wij voor functionaliteiten, analytische gegevens en marketing doeleinden. U vindt meer informatie in onze privacy statement.