ICT-ontwikkelingen in de maakindustrie

27 oktober 2016 16:46

ICT-ontwikkelingen in de maakindustrie

Wat betekent de digitalisering voor de maakindustrie en vergroot ICT de concurrentiekracht van mijn bedrijf? Over deze en andere vragen gaan elf Overijsselse en Gelderse ondernemers met elkaar in gesprek.

“ICT-ontwikkelingen zijn een gegeven. Daardoor is aandacht voor ICT geen keuze maar noodzaak”, stelt Peter Langela. “Als je er niets mee doet, wordt het vanzelf een bedreiging”, vult Gerrit Vixseboxse aan. “ICT is een dissatisfier: alleen een goede ICT-infrastructuur, hoe goed opgezet dan ook, is geen reden voor succes. Goede ICT is één van de elementen om succesvol te zijn; maar met slechte ICT-systemen loop je wel degelijk een achterstand op.” Jan Willem Boesveld ziet dat nieuwe bedrijven ontstaan door ICT. “Maar bestaande bedrijven moeten gematcht worden met ICT-ontwikkelingen”, stelt Boesveld. Langela: “De gemiddelde levensduur van een bedrijf was 35 jaar maar is teruggelopen naar achttien jaar. Als je niet meedoet in ICT-ontwikkeling dan verkort je gegarandeerd de levensduur van je bedrijf.”

Peter Rikken: “Een jaar of dertig geleden had je nog een concurrentievoorsprong door het zelf schrijven van software. Dat voordeel is nu weg. Maar je haalt nog steeds een concurrentievoorsprong door slim gebruik van ICT in je bedrijfsprocessen. Dat zie ik in mijn eigen bedrijf en dat zie ik bij onze leden van VNO-NCW Achterhoek.” Maar het duurt wel langer volgens Johan Pfeiffer: “Iedereen moet mee. De productie is van handgestuurd naar automatisch gegaan. De rol van de operator is nu heel anders dan dertig jaar terug.” Vixseboxse: Ook opdrachtgevers dwingen je tot aanpassingen, zeker in de high end maakindustrie.” Maar niet alleen de afnemers. “Het scannen van voorraden is aantrekkelijk voor de belasting en ook de accountant vraagt erom, zo weet je exact welke werk onderhanden is”, aldus Pfeiffer.

Rikken ziet dat in het mkb sommige bedrijven achterblijven op ICT-gebied. “Dat is ook niet zo vreemd. Als je maar 30 à 40 werknemers hebt, heb je een lage overhead en minder mogelijkheden om ICT serieus op te pakken. Toch hoeft dat geen belemmering te zijn. Frank Landhuis: “Wij zijn een mkb-familiebedrijf. ALMI haalt bewust de kennis van buiten. Je hoeft niet alles in eigen huis te hebben.” Marc Wentholt beaamt dit. “Kies als mkb-bedrijf de juiste partner. En vice versa geldt dit ook. Ik kies als zzp’er ook voor een paar klanten die ik echt meerwaarde kan bieden.”

ICT als drijfveer voor vernieuwing

Langela ziet dat ICT het ondernemen en de gevestigde orde behoorlijk heeft opgeschud: “Is een bedrijf als Uber een taxibedrijf of een ICT-bedrijf? En is AirBnB een reisorganisatie? Kortom, ICT-ontwikkelingen leiden tot nieuwe bedrijvigheid die de traditionele branches doorkruist.”

De maakindustrie maakt fysieke producten. Deze producten zijn uiteraard minder makkelijk digitaliseerbaar dan diensten. Sommige directies leunen daarom wat achterover. Onterecht want ook in de maakindustrie zie je een enorme verschuiving. Vixseboxse: “Over vijf tot tien jaar is er geen product meer zonder software erin. Als ondernemer moet je jezelf afvragen wat dat betekent voor je ICT.”

Boesveld: “Wij doen eigenlijk precies het omgekeerde. Bij Bits2Atoms maken we het digitale weer fysiek. Dat biedt ook weer hele nieuwe mogelijkheden. Zo staan er in de haven van Rotterdam en Shanghai grote geavanceerde 3D-printers. Als op een containership onderweg een onderdeel stuk gaat, wordt het bestandje voor dat onderdeel gemaild naar de haven waar het schip aankomt. Daar wordt dan het onderdeel geprint zodat het direct vervangen kan worden bij aankomst. Net als bij NASA die reserveonderdelen als digitaal bestand naar de space shuttle verzendt.” De digitalisering van producten is een ontwikkeling die ook speelt in de consumentensector. Zo levert bijvoorbeeld stofzuigerbedrijf Hoover niet meer allerlei verschillende typen zuigmonden standaard mee. Hoover biedt daarentegen alleen de bestanden. De consument kan zelf kiezen welke zuigmond hij aanschaft en uitprint.”

Toch is 3D-printing nog vooral gericht op de zakelijke markt. Met 3D-prints kun je immers een ontwerp tussentijds toetsen tijdens het ontwerpproces. Boesveld: “Zo kun je scharnierende objecten maken zonder te hoeven assembleren”. Ter illustratie vist Boesveld een zakafsluiter uit zijn broekzak. Thijs Hekelaar: “Bij Smart Industry gaat het helemaal niet meer om het product, het gaat om de dienst. Wij hoeven zelf geen 3D-printer in huis te hebben. Wij zijn alleen geïnteresseerd in de print.” Alex Vossebeld vult aan: “Bij Bronkhorst maken we ook de stap naar ‘Bronkhorst as a service’. De stap van producten naar diensten is een nieuwe ontwikkeling en ook wel een worsteling. De rollen gaan veranderen en het bedrijf moet daarin mee.”

Het begint met het idee

Foppe Atema: “Je moet je afvragen wat je wilt bereiken en waar je ICT voor inzet.” Dat kan met back to the future sessies waarbij je je voorstelt hoe de markt er over twintig jaar uitziet en wat dat betekent voor jouw bedrijf. Vervolgens ga je terug redeneren wat je nodig hebt aan ICT. Atema: “Maar wel op een hoog abstractieniveau, je kunt niet tien jaar vooruit kijken.” Dit oordeel wordt unaniem onderschreven door de deelnemers aan dit rondetafelgesprek. De ontwikkelingen gaan snel en komen soms uit een onverwachte hoek. Rikken haalt Tesla als voorbeeld aan: “De core business van Tesla is niet het vervoermiddel maar de batterijen; in feite is Tesla een energieopslagbedrijf.” In ieder geval heeft Tesla de gevestigde automotive industry behoorlijk opgeschud. Een ontwikkeling die ook in andere sectoren mogelijk is. Volgens Vossebeld begint een goede bedrijfsstrategie met het idee en is de ICT volgend: “Bepaal je missie en je Business Model en richt hierop je organisatie in. Maak daarbij gebruik van de nieuwste ICT-mogelijkheden.”

Evelien Wieringa: “Het gaat niet om de ICT maar om de mensen, ICT is alleen ondersteunend.” Pfeiffer vult aan: “Je hebt omdenkers nodig. Zo hebben wij verschillende formaten flessen. De handling van die verschillende formaten bleek lastig voor een verpakkingsrobot. Nu hebben wij een machine die de flessen eerst groepeert waarna er een doos overeen wordt gezet. Dat is een unieke machine die naast Eurol niemand heeft.”

Smart Industry

De bedrijfsomgeving verandert continu en in hoog tempo door nieuwe technologie en digitalisering. Smart Industry kenmerkt zich door de flexibiliteit om snel in te spelen op veranderingen. Via masterclasses Smart Industry is in de Achterhoek aandacht besteed aan de marktkansen die ICT-ontwikkeling biedt. Een aantal bedrijven uit de maakindustrie is met een team aan de slag gegaan met het innoveren van hun business model. Hekelaar: “Bedrijven zijn zoekende wat Smart Industry voor hen betekent. Het is noodzakelijk om beleid te formuleren om de ICT-ontwikkelingen te volgen of zelfs voorop te gaan lopen. Je moet voorkomen dat je brandjes blijft blussen.” Volgens Wentholt moet je investeren in het onzekere en dúrven falen. “In de Verenigde Staten is falen en failliet gaan geen schande maar juist een bewijs van lef en ondernemerschap.” Rikken beaamt dit: “Wij hebben een excursie georganiseerd voor Achterhoekse bedrijven naar Silicon Valley. Daar heerst een enorme vibe en veranderingsbereidheid: veranderingen worden naar binnen gesleurd.” In Nederland gaan ontwikkelingen soms minder hard. Wentholt: “Het vraagt de juiste mindset van de directie. ICT is geen randvoorwaarde, maar gaat ook over je klanten.” Vixseboxse: “The internet of things gaat niet alleen over je eigen bedrijf, maar ook over logistieke ketens en netwerken van bedrijven.” Atema vult aan: “Wij hebben binnenkort leveranciers die onze machines monitoren. Op afstand houden ze precies bij wanneer onderhoud nodig is en hoe de machine presteert.”

Gebrek aan goed ICT-personeel

Gezamenlijk concluderen we dat een directie die het belang van ICT inziet een succesvoorwaarde is. “De ICT-manager hangt nog te vaak onder de financieel directeur en de algemeen directeur weet er te weinig van”, aldus Vixseboxse. “Directeuren zijn ook vaak bang om iemand aan te nemen die slimmer is dan zij zijn”, stelt Wieringa. Toch blijft ook het vinden van goed geschoold ICT-personeel een probleem. Atema: “Het is een klassieke fout om een vakman programmeur te maken. Zo’n man mist dan het fingerspitzengefühl en wordt doodongelukkig. Wentholt ziet juist dat programmeurs de benodigde vakkennis missen: “Die kennis moet dan wel bijgebracht worden.” Landhuis vertelt zijn personeel zelf op te leiden waaronder de lasrobotprogrammeurs. “Wij hebben nu een robotprogramma slim lassen. Daardoor werken we veel efficiënter en geeft ICT ons echt een concurrentievoorsprong. Door dit soort ICT-toepassingen kunnen we dit productiewerk in Nederland houden en hoeven we niet uit te wijken naar lagelonenlanden.”

Wentholt: “Je moet investeren in medewerkers maar verwacht niet dat ze langjarig bij je blijven. Toch brengen deze medewerkers je bedrijf wel verder.” Atema stelt daar tegenover dat andere bedrijven weer voor jou opleiden. Mooi is het als een regio collectief sterker wordt. Atema: Sommige medewerkers kunnen niet mee in de ICT-ontwikkeling. Dan moet je iemand herplaatsen op een plek waar hij zijn kwaliteiten wel kwijt kan.”

ICT-architectuur

Veel bedrijven hebben steeds geïnvesteerd in ICT waarbij modules steeds verder met elkaar verweven zijn tot een gordiaanse knoop. Zo’n bedrijf wordt als het ware gegijzeld door oude software. Vixseboxse: “Het is een geheel dat nauwelijks te ontvlechten is. Als je er een steentje uithaalt, stort het hele bouwwerk in. Daardoor wordt de overstap op een nieuw systeem steeds uitgesteld. Tot het echt mis gaat, en dan moet het bedrijf op stel en sprong om.” Het advies van Vixseboxse is dan ook om aandacht te besteden aan de architectuur van alle software in het bedrijf. Wieringa pleit voor zo min mogelijk maatwerk. “Met een standaardpakket dat is afgestemd op de branche heb je geen architectuurprobleem. Leveranciers van software kunnen hun product inpluggen.” En met een contract voor updates blijft het ICT-systeem ook goed werken in de tijd. Zoek de oplossingen verder in the cloud.”

Atema, gespeeld verontwaardigd: “Maar het idee van ERP was toch juist al je bedrijfsprocessen in het ICT-systeem te integreren?” Vixseboxse: “Gelukkig is ERP terug in het hok gejaagd. Standaardisatie is lang als iets negatiefs beoordeeld. Ten onrechte want bedrijfsonderdelen die weinig onderscheidend zijn, lenen zich prima voor standaardisatie. Zorg alleen dat je op onderscheidende aspecten wel de beste software toepast.” Hij verwijst naar de ICT-trend van enterprise service buses, softwareconstructies die de communicatie tussen de afnemers van diensten en aanbieders vereenvoudigen met afgesproken interfaces. “Business portals waarop je kunt inloggen. Vergelijkbaar met BIM, de geïntegreerde modellen die in de bouw worden toegepast.” Wieringa benoemt MS NAV als goed voorbeeld van maatwerk per branche met standaard oplossingen. “Maak bewuste keuzes en denk na over de architectuur, bijvoorbeeld hoe je standaardpakketten laat samenwerken. Vraag je af hoe je op termijn een onderdeel van je systeem kunt vervangen”, adviseert Hekelaar. “Bovendien zitten in standaard pakketten heel goede ideeën. In feite haal je met zo’n pakket ook kennis in huis om je bedrijfsprocessen te verbeteren.” Vixseboxse merkt dat tegenwoordig ook wordt gevraagd naar de implementeerbaarheid. “Tijdens de crisis zijn veel kerngebruikers verdwenen en daarmee tijd en kennis om te implementeren.”

Datamining

Met de huidige ICT kunnen we enorm veel data ontsluiten. Een mooi voorbeeld is ASML: uit hun eigen machines halen zij tientallen terabytes aan gegevens. Maar je moet wel weten wat je ermee wilt. Atema: “Stel jezelf de vraag ‘Wat wil ik weten?’ Pas dan hebben de data waarde.” Daarbij lijkt de mens de zwakste schakel. Langela: “Amazon is begonnen met het voorstellen van bijpassende producten bij je bestelling. Dat is visie: het zien van de mogelijkheden van de verzamelde data.” Wentholt: “Maar dan moet je wel eerst data verzamelen. Zonder deze data kun je niet analyseren.” De kracht zit in het “vertalen” van de data naar mogelijkheden. Vixseboxse gooit een boerenwijsheid op tafel: “Van het wegen van het varken wordt hij niet zwaarder.” Dus doe iets met de verzamelde data; verzamelen van data moet geen doel op zich zijn.

Toch ziet Langela visie niet altijd als een voorwaarde voor softwareontwikkelaar. “Denk aan de hackatons en creatons die worden georganiseerd. Daarbij worden studenten en young professionals gedwongen om in korte tijd iets te ontwikkelen. Daar komen hele leuke ideeën uit. Niet voor niets faciliteert Philips deze bijeenkomsten.”

Wil je slim inspelen op ICT-ontwikkelingen moet je in eigen huis het commitment van de directie hebben. Maar daarnaast heb je jong talent nodig. Wentholt: “De nieuwe generatie kijkt anders; de opleiding is ook anders. Ondernemen zit bij jongeren in het bloed.” Niet voor niets coachen studenten aan universiteiten tegenwoordig ook hun docenten. Probeer de generatiekloof te slechten zodat de vak- en proceskennis van de huidige generatie medewerkers gecombineerd wordt met actuele ICT-kennis. Landhuis: “Willen we de maakindustrie in Nederland houden, moeten we jonge ICT’ers naar binnen halen en interesseren voor onze business.”

Kortom, de ICT-ontwikkelingen gaan hard en hebben een flinke impact op de maakindustrie. Niemand kan in de toekomst kijken maar bij deze ondernemers staat ICT in ieder geval prominent in hun business strategie.

Tekst: Marion van Amelrooij / Fotografie: Heidi Otten

terug

Reacties op dit artikel

Reactie plaatsen? Log in met uw account.

Om de gebruiksvriendelijkheid van onze website en diensten te optimaliseren maken wij gebruik van cookies. Deze cookies gebruiken wij voor functionaliteiten, analytische gegevens en marketing doeleinden. U vindt meer informatie in onze privacy statement.